Cameraherkenning is volop in ontwikkeling. Op het gebied van gewas(rij)herkenning is deze techniek al ruim een decennium in de markt, vooral gebaseerd op het kunnen onderscheiden van bladgroen. Onderscheid van de ene plantensoort van de andere is van veel recentere datum en vraagt per te onderscheiden soort een aparte ‘leergang’. Tegelijkertijd is de ontwikkeling in gang naar plantherkenning in een (veel) vroeger ontwikkelingsstadium.
Intussen staat de markt van gewasbeschermingsmiddelen (GBM) onder druk: middelen vallen weg, of worden sterk beperkt in de inzetbaarheid. De zgn. Candidates for Substitution (CfS) zijn hierbinnen een aparte categorie van stoffen die sterk onder druk staan maar ook belangrijk zijn in sommige teelten. Een voorbeeld van een CfS die een pijler is, is het herbicide pendimathalin (o.a. Stomp) in de uienteelt. De beschreven situatie maakt dat er toenemende vraag is naar specifieke toepassingen van GBM, in tijd en plaats. Zowel in tijd en plaats is een accurate en tijdige herkenning van ziekte, plaag of onkruid cruciaal om zo gericht mogelijk in te kunnen grijpen.
De ontwikkeling van de robotisering kan de vragen vanuit de teelt op dit moment niet of nauwelijks bijbenen, zeker als er ook vragen leven rond juridische/wettelijke inkadering van technieken. Met de ARA spotsprayer van het Zwitserse bedrijf Ecorobotix is het technisch mogelijk om o.a. uien, bieten, grasland, cichorei en onkruiden te herkennen en plekgewijs bespuitingen te doen, zoals pleksgewijs toedienen van herbicide. Niet duidelijk is echter wat hiervan de agronomische impact is, én of de gebruikte techniek past in de juridische/wettelijke kaders voor spuittechniek. Door het uitvoeren van enkele veldproeven ontstaat: 1) Inzicht in de agronomische haalbaarheid en impact van herbicidentoepassingen in de uienteelt. 2) Wordt inzicht verkregen in zowel de inputreductie aan herbiciden als de precieze plaatsing van de herbiciden.