De belangrijkste doelstelling van dit project was het ontwikkelen en optimaliseren van soort-specifieke cellulaire implantaten voor paling, snoekbaars en tong, zodat die op termijn de huidige hypofyse-extracten zouden kunnen vervangen. De kwaliteit van de paling-specifieke implantaten werd aanzienlijk verbeterd tot een productieniveau dat theoretisch gezien voldoende hoog zou moeten zijn voor stimulering van volledige afrijping van de alen. In trials bleek dat de verbeterde implantaten niet het gewenste eindresultaat opleverden en daarom is er geen aanleiding om de bestaande protocollen aan te passen.
Het project bestond verder uit de volgende activiteiten:
Activiteit 1. Het ontwikkelen van soort specifieke embryonale cellijnen.
In dit project zijn permanente cellijnen ontwikkeld voor de Europese aal (hypofyse, embryo en huid) en de snoekbaars (embryo). Ondanks vele pogingen is het niet gelukt permanente cellijnen te ontwikkelen voor tong. In eerste instantie lukte het primaire celkweken op te zetten vanuit verschillende weefseltypes van tong, maar na langzame groei gedurende meerdere maanden stopten deze celkweken altijd. De overgang van een eindige, primaire groeifase naar een permanente, geïmmortaliseerde groeifase berust op toevallige fouten in het DNA en helaas is dit fenomeen in de tongcellen nooit opgetreden.
Activiteit 2. Het ontwikkelen van cellulaire implantaten die zijn afgestemd op tong, paling en snoekbaars, rekening houdende met de soort specifieke eigenschappen van de gonadotrope hormonen.
In dit project werd de volledige DNA volgorde van tong en snoekbaars opgehelderd. Met behulp van deze DNA volgordes konden soort-specifieke codes voor luteïniserend hormoon (LH) en voor follikelstimulerend hormoon (FSH) worden geïdentificeerd. Hiermee zijn uiteindelijk paling-specifieke LH en FSH codes van de Europese aal met succes stabiel ingebouwd in dikkop-elrits (FHM) cellen. De gerealiseerde, nieuwe paling-specifieke FHM implantaten werden uitvoerig getest met behulp van Nextgen transcriptoom sequencing en paling-specifieke bioassays. Hieruit bleek dat de expressie van de hormooncodes een zeer hoog niveau had bereikt.
Activiteit 3. Het ontwikkelen van soort specifieke bioassays voor snoekbaars en tong.
In dit project zijn met behulp van de DNA volgordes van tong en snoekbaars de soort-specifieke codes voor de LH en FSH receptoren geïdentificeerd (LHR en FSHR). Hiermee zijn synthetische LHR en FSHR expressieconstructen ontworpen en geconstrueerd. De synthetische codes zijn inzetbaar als soort-specifieke bioassays die kunnen worden gebruikt voor het testen van de activiteit van de soort-specifieke LH en FSH hormonen.
Activiteit 4. Het testen van de nieuw ontwikkelde implantaten en bioassays in trials met snoekbaars, Europese aal en tong.
De nieuwe ontwikkelde paling-specifieke implantaten zijn uitgebreid getest in trials met gekweekte mannelijke en vrouwelijke Europese alen. De implantaten konden een significant gedeelte van het maturatieproces van de paling stimuleren. De kenmerkende vergroting van de oogindex en verhoogde geslachtshormoon-spiegels in het bloedplasma werden waargenomen, maar de behandeling met implantaten leidde niet tot volledige afrijping van de alen.