DNA-analyse buiten het laboratorium
Bij de meeste mensen is DNA-analyse vooral bekend van forensische toepassingen (NCSI). Hierbij is een daderspoor (b.v. een haar) genoeg om iemand met een misdaad in verband te brengen. De techniek die ten grondslag ligt aan deze DNA-analyse wordt aangeduid met de term PCR (Polymerase Chain Reaction). De toepassingen van PCR als DNA-analysetechniek variëren van het aantonen van ziekteverwekkers in mens, plant en dier tot het vaststellen van de identiteit van biologisch materiaal (b.v. voeding; is de hamburger 100% rundvlees of zit er paardenvlees doorheen?). Daarnaast is er een keur aan biotechnologische toepassingen in o.a. biomedische wetenschappen en de plantenveredeling. Toepassingen van deze technologie dragen dus bij aan zaken zoals gezondheid, welzijn en voedselveiligheid. Maar de technologie wordt ook ingezet voor het beoordelen van de waterkwaliteit en draagt daarmee bij aan een schone en veilige watervoorziening. De apparatuur die voor deze uiterst gevoelige techniek wordt gebruikt, de zogenaamde kwantitatieve (q)PCR-machines, zijn complex en kunnen daardoor uitsluitend door gekwalificeerd personeel in een laboratoriumsetting worden ingezet. De projectpartners Interay (electronic engineering), Fluctus (Industrial engineering), S&S systems (ICT), Sylphium (biotechnology) en de RuG zien mogelijkheden door het toepassen van nieuwe technologieën en software een qPCR machine te produceren die buiten een laboratorium door een ieder is te bedienen. Een dergelijke machine is nieuw. Voor sectoren waar snelle analyses van groot belang zijn, zoals de voedingsmiddelenindustrie, medische laboratoria, veeteelt, pluimvee, visteelt, akkerbouw, en waterkwaliteitsbeheerders, is tijdwinst, door op locatie direct DNA-analyses uit te kunnen voeren, van groot economisch belang (als b.v. een hamburgerfabrikant kan voorkomen dat er paardenvlees in zijn productieketen terecht komt scheelt dat kosten (terugroepactie) en voorkomt het reputatieschade.